Madras curry is een van die gerechten die je keuken vullen met een geur waar je instant honger van krijgt.
Denk aan een rijke saus met kerrie, komijn, koriander, knoflook, gember en tomaat, echt een feestje voor je smaakpapillen.
De naam ‘Madras’ verwijst naar de Zuid-Indiase stad (nu Chennai), waar deze curry zijn oorsprong vond voordat hij populair werd in de rest van de wereld.
Het geheim van deze curry?
De specerijen laten dansen in de pan!
Door ze eerst even aan te fruiten in olie komen alle aroma’s vrij, en dat proef je terug in elke hap.
En dan de magie van kokosmelk, die maakt het geheel heerlijk romig en in balans.
Zo maak je deze curry helemaal top!
Specerijen laten dansen – Bak ze eerst in olie zodat alle aroma’s vrijkomen.
Kokosmelk voor zachtheid – Dit maakt de saus extra romig en vol van smaak.
Pas de pittigheid aan – Speel met chili voor de perfecte balans.
Serveer met fluffy rijst of naan – Want dippen is altijd een goed idee!
Een curry met karakter
Curry Madras is zo’n gerecht dat je keuken vult met onweerstaanbare geuren en waar je simpelweg niet genoeg van krijgt.
Het is warm, kruidig en troostend, perfect voor een doordeweekse avond of om indruk te maken op gasten.
Zet je pannetje op het vuur, laat de specerijen hun werk doen en geniet van een bord vol smaakexplosie!