Curry is zo’n brede categorie die zo’n divers scala aan gerechten omvat, dat het moeilijk is om uit te leggen wat als curry wordt beschouwd en wat niet. Het woord “curry” werd door Britse kolonisten in India als een overkoepelende term gebruikt als een eenvoudige manier om te verwijzen naar pittige Indiase gerechten – gerechten die uit verschillende regio’s van een land kwamen met talloze culturen en 19.500 talen, gerechten waarin verschillende soorten ingrediënten werden gebruikt en waren niet noodzakelijkerwijs verwant aan elkaar. Sommige etymologen suggereren dat het woord ‘curry’ is afgeleid van het woord ‘kari’, wat peper of gekruide saus betekent in het Tamil, een Zuid-Indiase taal. Dus je begrijpt waarom curry moeilijk uit te leggen is: het is meer een idee dan een tastbaar iets. Afhankelijk van de regio waar het gerecht vandaan komt en de voorkeur van de kok, kunnen Zuid-Aziatische curries kokos, room, yoghurt, water/bouillon, tomaat of noten zijn – of een combinatie ervan. De meeste beginnen met het sauteren van aromaten zoals uien en knoflook. Ze kunnen pittig of mild zijn. Ze kunnen de textuur hebben van een dikke puree, zoals saagpaneer, of jusachtig, zoals korma, en ze worden gegeten met rijst en flatbreads zoals naan, chapati en paratha. Wanneer een gerecht “curry” is, zoals in “curried chicken salad” of “curried bloemkool”, betekent dat in wezen gewoon dat kerriepoeder of andere Indiase kruiden worden gebruikt om het op smaak te brengen.